Jouw motivatie versterken
Gepubliceerd op 05 Nov, 2024
Je weet waarschijnlijk al dat intrinsieke motivatie uit jezelf komt en extrinsieke motivatie van buitenaf. Wanneer je extrinsiek gemotiveerd bent, doe je iets omdat het moet, omdat je ervoor betaald wordt of soms zelfs om een straf te ontlopen. Wanneer je intrinsiek gemotiveerd bent, doe je iets omdat je het zelf wilt. Je haalt er veel plezier, energie en voldoening uit. Extrinsieke motivatie kan werken, zeker in het begin van een proces, maar op de lange termijn komen intrinsiek gemotiveerde mensen een stuk verder en hebben een grotere kans om hun doel te behalen.
Taak- of ego-georiënteerd
De achievement goal theorie onderscheidt mensen die taakgeoriënteerd zijn en mensen die ego-georiënteerd zijn. Ego-gerichte mensen doen iets om hun ego een boost te geven. Het nadeel daarvan is dat ze vatbaar voor faalangst zijn: hun zelfbeeld hangt af van de prestatie. Iemand die taakgeoriënteerd is zal, wanneer er iets misgaat, beter bestand zijn tegen dat falen. Over het algemeen zijn taakgeoriënteerde mensen wat meer intrinsiek gemotiveerd en ego-georiënteerde mensen zijn meer extrinsiek gemotiveerd.
Intrinsieke motivatie versterken
In het kader van de topsport zijn motivatietheorieën verder uitgewerkt. Volgens de zelfbeschikkingstheorie voor motivatie heeft ieder mens drie basisbehoeften: autonomie, competentie en verbondenheid. Die basisbehoeften bieden ingangen om de intrinsieke motivatie te versterken. De coach ondersteunt de autonomie van de coachee door uit te leggen wat het belang of effect is van bepaalde oefeningen, maar de keuze om ze uit te voeren bij de coachee te laten. De coach kan de behoefte aan competentie vervullen door uitdagende, maar haalbare opdrachten aan te bieden en vertrouwen in de bekwaamheid van de coachee te laten merken. De behoefte aan verbondenheid kan een coach vervullen door te zorgen voor een warme en veilige omgeving.
Proces- en resultaatdoelen
In de sport wordt met verschillende soorten doelen gewerkt. Uiteindelijk willen veel sporters een resultaatdoel of een prestatiedoel bereiken: bijvoorbeeld een competitie winnen of de marathon onder de drie uur lopen. In de opbouw naar het beste uit jezelf halen, is het handiger om met procesdoelen te werken: letten op looptechniek, op tijd eten en drinken, goed naar je lichaam luisteren. Door bezig te zijn met procesdoelen, ben je taakgeoriënteerd bezig en het past beter bij intrinsieke motivatie waarin de behoefte aan autonomie (of anderen sneller lopen of niet, maakt niet uit voor het behalen van jouw procesdoel) en competentie (je richt je op het verbeteren van zaken waar je invloed op hebt en het vergroten van je vaardigheden en ervaring).
Bèta’s motiveren
Als natuurcoach voor bèta’s grijp ik graag terug op dit gedachtegoed. Als bèta wil je begrijpen wat er gebeurt en wat daar de achtergronden bij zijn. Als coach werk ik met jou graag aan procesdoelen en taakgerichtheid. Jouw uiteindelijke doel hoeft niets met sport te maken te hebben. Waar het om gaat is dit: om jouw doel te bereiken, zul je stappen moeten zetten en iets in jezelf moeten ontwikkelen. Mijn rol als coach is om samen met jou die stappen te definiëren en herkennen en er oefeningen of opdrachten bij te bedenken. Zodat je die stappen daadwerkelijk gaat zetten en je doel behaalt!